
Verslag en foto's van Kampvuur-avond over gebiedsdeel Ten Boer (en ook: de naam van de voorstelling)
De reeks inwonersgespreken en publieksbijeenkomsten van Gronings Vuur in gebiedsdeel Ten Boer van de gemeente Groningen werd vorige week vrijdag afgesloten met Kampvuur. Deze avond vond plaats in dorpshuis ’t Holt in Ten Post. Dat ging zo:
De gymzaal van het dorpshuis is voor de gelegenheid omgetoverd tot een sfeervolle ruimte voor Kampvuur. Rondom het publiek hangen vlaggetjes, genaaid door vijf dames uit dit gebied, geïnspireerd op de vlaggen van de gemeente Groningen en de voormalige gemeente Ten Boer.
Tijdens Kampvuur vertellen we welke verhalen en meningen we de afgelopen maanden hebben opgehaald bij de inwoners van dit gebied. We delen een aantal van die verhalen en jongeren van de creatieve werkplaats brengen hun zelfgemaakte rap. Ook controleren we bij het publiek of we goed hebben geluisterd. Kampvuur wordt gepresenteerd door Sara Scholten en Jurgen van Tolie.

Sara: ,,Het draait bij Gronings Vuur om de inwoner. Ik vraag aan jullie, het publiek: wie is deze inwoner? Bij een vorige bijeenkomst werden de volgende eigenschappen genoemd: ‘betrokken, strijders, puur, zuinig en nuchter’. Zijn jullie het hiermee eens?”
Een mevrouw reageert: ,,We zijn absoluut niet zuinig, maar juist goed in delen.” Er zijn instemmende geluiden te horen, en iemand voegt toe: ,,We zijn wel bescheiden.”
Sara vervolgt: ,,Op de Brandstof-avond vertelde Henk Boels over de geschiedenis van dit gebied, en besloot zijn verhaal met de opmerking dat het voelt alsof we zijn ingelijfd bij de stad. Wie voelt dit ook zo?”
Er gaan verschillende handen omhoog, maar er is ook een tegengeluid: ,,Ik voel dat niet zo. We blijven zelf verschillende dorpen in dit gebied. De stad Groningen is misschien zelf wel een plattelandsgemeente geworden.”
Vanavond zijn ook vijf schrijvers van Noordwoord aanwezig, die voor Gronings Vuur in de afgelopen periode onder de noemer ‘Zuurstof’ vijftien inwoners hebben geïnterviewd. Zij dragen vanavond ieder een gedicht voor, geïnspireerd op deze verhalen.
Als eerste is Anke Odinga aan het woord met het gedicht naar aanleiding van een interview met Marja Tammenga-Wieringa. Marja is opgegroeid in Garmerwolde en woont nu veertig jaar in Ten Boer. Ze zet zich graag in voor de buurt en het dorp. Ze is onder andere actief bij het dorpshuis. Een verhaal over balans.

Marja reageert: ,,Ik zie ons weer zitten aan mijn keukentafel, pratend over van alles en nog wat. Ik stond er nuchter in, totdat ik het gedicht in de mail ontving. Het klopt precies.”
‘Verbinden’ en ‘samen doen’
Sara vertelt vervolgens hoe de woorden ‘verbinden’ en ‘samen doen’ naar voren kwamen tijdens de Vonk-avond, een avond waarop inwoners met elkaar hun vurige mening deelden over hun leefomgeving. Een stelling op die avond was: ‘Je moet betrokken zijn bij je dorp, bij je omgeving, en onderdeel zijn van het geheel!’.
Jurgen vraagt aan het publiek wat dat betekent; betrokken zijn. Er volgen verschillende reacties: ‘Iets doen’, ‘maar onderdeel zijn is daarvoor niet per se nodig’, ‘je ‘moet’ niks!’, ‘Tot corona was er saamhorigheid, er is iets veranderd waardoor het anders is’, ‘Iedereen deed mee aan festiviteiten, men groet elkaar nu niet meer.’ Er klinkt ook een tegengeluid: ,,Ik woon nu 35 jaar in Ten Boer, maar ik herken het geschetste beeld over het verleden niet. Naar mijn mening is het wat te rooskleurig.”
Hierna draagt Lilian Zielstra haar gedicht voor naar aanleiding van haar gesprek met Lidia Boneschansker: ‘Dans tot de aarde je naam onthoudt’. Lidia komt uit Ten Boer en is haar hele leven al bezig met majorette en dansen. Met muziek zet ze zich in voor kinderen die door omstandigheden, waaronder de gaswinning, wel wat vrolijke afleiding kunnen gebruiken.
Lidia reageert: ,,Dit raakt me. In deze gymzaal in Ten Boer, waar we nu staan, op deze houten vloer, heb ik op mijn tiende mijn eerste dansles gehad. Het was op deze plek dat ik bedacht dat ik later dansjuf wilde worden. De cirkel is rond!”


Nieuwe initiatieven
Sara stapt over naar een volgend onderwerp: nieuwe initiatieven. Hoe gaat dat in dit gebied? Sieger de Vries heeft tijdens de eerste publieksavond in het dorpshuis van Ten Boer verteld over de woon-, leef- en werkgemeenschap Woldwijk. ,,Dichtbij de mensen kun je snel handelen. De gemeente kon niet snel handelen. Daar duurde het plaatsen van een nieuw bushokje een eeuwigheid. Wij hebben dat in een paar dagen geregeld, zodat mensen droog konden staan wachten op de bus”, vertelde hij destijds.
Daarnaast was er het verhaal over de boeren Janko en Menko, met hun nieuwe initiatieven vanuit hun gemengde akkerbouwbedrijf in Thesinge. Zij zoeken verbinding met de stad en werken samen met lokale initiatieven. Toch blijkt verandering lastig: een zonnepark en woningbouw op hun erf kregen teveel weerstand. Wel boeken ze succes in het verbinden van landbouw en gemeenschap. ,,Transitie gaat niet vanzelf.”
‘Trekken aan een dood paard?’
Sara: ,,De stelling die hierbij aansluit is de volgend: ‘In Ten Boer is het trekken aan een dood paard’. Wie is het hiermee eens?” Er gaan verschillende handen omhoog. ,,Twintig jaar geleden is de Stichting Vrienden Kloosterkerk opgericht, met het doel culturele activiteiten te organiseren. Helaas hebben we deze stichting na vijftien jaar weer moeten opheffen, omdat er geen vrijwilligers meer waren. Dus ja, een dood paard”, aldus een inwoner.
Michiel Rasker, de aanjager van Gronings Vuur in dit gebied (tevens cultuurcoach), laat een tegengeluid horen: ,,Jullie aanwezigheid vanavond is het bewijs van het tegendeel. Ik zie dat als heel positief! Al was het best moeilijk was om mensen te verbinden”.
Uit het publiek volgen verschillende voorbeelden van initiatieven die wél lukken, zoals een actieve culturele commissie in Woltersum, een dorpsfeest in Ten Post met veel betrokkenen, en een historische commissie in Garmerwolde, en daarnaast dorpshuissessies met bandjes in Garmerwolde en Thesinge.
Het advies dat de deelnemers aan de Vonk-avond hadden voor de inwoners van de dorpen, wordt door Sara herhaald: “Blijf nieuwe initiatieven opzetten, ga in gesprek met elkaar en verbind, door elkaar bij de hand te nemen en te betrekken bij activiteiten. We zijn zelf de ambassadeurs.”



Michael ter Maat draagt hierna het gedicht voor naar aanleiding van het interview met Tara Huisman: een verhaal over kinderen. In Ten Boer zet ze zich in voor het jongerenwerk. De moeder van Tara Huisman is aanwezig en vindt het gedicht heel treffend.

Na de pauze neemt Stefan het woord namens De Rijdende Popschool: ,,Wij hebben voor Gronings Vuur op twee zaterdagmiddagen met jongeren beats en songs gemaakt. Colin en Siem -beide 10 jaar- willen graag hun zelfgeschreven nummer en gecomponeerde beat aan jullie laten horen.”
Na een daverend applaus interviewt Jurgen deze jongens, samen met een aantal andere jongeren die in de zaal zitten. ,,Ik hoor dat er veel leuke dingen zijn in Ten Boer, zoals een speeltuin en een zwembad. Wat wensen jullie verder nog voor de jeugd?”






Een meisje (19) antwoordt: ,,Ik gun mijn broertje en de andere jongeren een plek om te kunnen verblijven, zonder overlast te veroorzaken. En ik hoop dat het dorpsgevoel bewaard blijft.”
Lucas (20): ,,In een dorp zit je met elkaar ‘opgescheept’. Ik woon nu in de stad, maar had altijd een goede vriendengroep en kijk er met een goed gevoel op terug. Wat ik nu mis aan Garmerwolde? De rust! Het is hectisch in de stad.”
Schrijfster Willemijn van der Walle neemt vervolgens het woord. Ze heeft Henk Kooistra geïnterviewd. ,,Het is heel bijzonder om met een onbekende in gesprek te gaan. Wij leggen eerst letterlijk een loper uit over de tafel, en plaatsen daarop een Sanseveria. Deze plant geeft zuurstof, net zoals het gesprek lucht geeft aan de verteller. Er gebeurt dan iets. Daarna begin ik met het stellen van vragen, en voor je het weet ben je een paar uur verder. Met Henk heb ik een prachtig gesprek gehad, en daarover gaat mijn gedicht.”
Lees hier het gedicht ‘Habitat’ voor Henk Kooistra.”

De toekomst?
Sara vervolgt en blikt terug op de Vonk-avond, waar inwoonster Linda uit Garmerwolde benoemde dat er tijdens deze avond wel werd gesproken over ‘het nu’ en ‘de mens’, maar dat hiermee de vraag rijst wat mensen zien als kans voor de toekomst. Wat zou hier over vijftig jaar moeten zijn? Hoe denken mensen over de natuur, het landschap, het klimaat.
Jurgen haalt de volgende antwoorden op uit het publiek:
– Nieuwbouw wordt ook weer oud, en daarmee nieuwe geschiedenis.
– Ik kom oorspronkelijk uit het Westen, en woon hier acht jaar. Ik mis hier de weidevogels! Die wens ik terug in de polder.
– Ik hoop dat mijn kleinkinderen hier net zo genieten als ik vroeger.
– Ten Boer moet een dorp blijven, en geen wijk van de stad Groningen.
Sara stelt een andere vraag aan het publiek: ,,Zijn jullie aanpakkers of toekomstdromers?” Antwoord uit het publiek: ,,Ik ben een toekomstdromer. Ik droom en hoop dat de doeners mij volgen!” Een ander: ,,Ik ben een toekomstdromer met aanpakkersmentaliteit”. En: ,,Je hebt dromen nodig en komt dan in actie. Die twee kunnen niet los van elkaar gezien worden!”.
Sara nodigt de aanwezigen uit om op te schrijven wat zo moet blijven en wat er anders kan. Een kleine greep hieruit:
Wat zo moet blijven:
– Het uitgestrekte landschap
– Veel groen
– Plattelandsgebied. Meerstad rukt op, maar verder hoeft niet.
– De rust
– Dorpsgevoel in alle dorpen
– Oog voor elkaar: school, sport, cultuur
– Dorpshuissessies
– Nog steeds kleine leuke scholen
– Nog steeds kroegen
– Gastvrijheid moet (zal!) blijven
Toekomstdenken. Over 50 jaar:
– Sloop-/bouwwerkzaamheden zijn dan hopelijk verleden tijd.
– Over 250 jaar staat het hele gebied onder water. Over 50 jaar zal al voor iedereen de dreiging duidelijk te zien zijn.
– Water onderdeel van het landschap
– Diversiteit in natuur en bouw (ipv wisselwoningen)
– Rust in de bodem
– Meer natuur en biologische landbouw
– Koeien terug in de weilanden!
– Lokaal produceren
– Groninger tevredenheid
– Onder de mensen: verdraagzaamheid
– Goede toekomst voor de Groningers
– Meer ruimte voor jongeren. Luisteren naar wat ze vertellen
– Woningen, in harmonie met het landschap. Ook betaalbaar voor de jeugd
– Meer wandelpaden

Het laatste gedicht van deze avond wordt -in het Gronings- voorgedragen door Ingeborg Nienhuis: ,,Ik had de eer om vijf mensen te interviewen uit dit gebied, de streek waar ik in mijn kindertijd vaak kwam. Mijn gedicht is geschreven naar aanleiding van het gesprek dat ik had met mevrouw Wina Moedt. Zij is op hoge leeftijd, maar nog erg bij de tijd. Ze woont in het centrum van Ten Boer, en moet misschien nog verhuizen naar een wisselwoning. Lees hier: Wina Moedt: Nooit verlet.
Alle 15 verhalen van inwoners zijn terug te lezen op de website en zullen de komende periode voorbijkomen in onze nieuwsbrief en op onze sociale kanalen.

Als afsluiting van deze avond geven Jurgen en Sara het woord aan regisseur Jos van Kan. Jos maakt op basis van alle verhalen die hij gehoord heeft een theatervoorstelling over dit gebied.
,,Het Gronings is ontroerend. Taal is belangrijk. Op alle bijeenkomsten heb ik zinnen gehoord die mij hebben geraakt. Ik wens voor dit gebied om één millimeter een pasje te maken, op te schuiven met elkaar. Het verhaal voor de voorstelling moet nog geschreven worden, maar ik heb al wel een idee in mijn hoofd.”
Titel van de voorstelling: Van Hoes
Jos neemt vervolgens het publiek mee. ,,We gaan voor deze streek op basis van datgene wat we hebben gehoord, gezien en gelezen een voorstelling maken. De titel van de voorstelling is Van Hoes. We maken deze voorstelling over, met en door de streek. We proberen harten op te warmen, met een lach en een traan”, Geeft Jos aan. Van Hoes is in september vijf keer te zien.

Jos werkt samen met schrijver Herman van de Wijdeven, een professionele componist en twee acteurs, maar ook met fanfare en malletband van De Volharding. Daarnaast willen de drie plaatselijke voetbalclubs Teo, Geo en Omlandia meewerken, en ouderen van het project Goudmakers dat in Ten Boer heeft plaatsgevonden.
Jos wil verder verbinding leggen tussen stad Groningen en dit gebiedsdeel Ten Boer. Hij heeft contact gezocht met het Groninger Museum. Er is in het verleden een speelgoedpaardje uit de middeleeuwen gevonden op de Wierde, dat staat nu in het archief als onderdeel van de collectie van het Groninger Museum. Het Groninger Museum wil met dit paardje een educatieproject op basisscholen ontwikkelen, met de basisscholen is al contact gelegd. En in samenwerking met Woldwijk gaan we dit speelgoedpaardje vergroten. We gaan een groot paard maken, dat gebruikt wordt als decorstuk in de voorstelling.
De gewenste locatie van de voorstelling is tegen de gevel van de Kloosterkerk in Ten Boer, op de Wierde, de bakermat van de geschiedenis. We zijn in gesprek met de Kloosterkerk en stemmen op dit moment ook af met de inwoners rondom de kerk.
Wil je meedoen?
We zoeken voor deze voorstelling nog meer inwoners die mee willen doen: zes volwassen ‘meespelers’, een gelegenheidskoor, vrijwilligers, kostuummakers. En natuurlijk gaan we door met de jonge muziekmakers die we hebben ontmoet hier en in de creatieve werkplaatsen. We plaatsen de komende tijd oproepen in onze nieuwsbrief, op onze socials en hier op de site.
Meer weten?
Als je nu al belangstelling hebt of meer informatie wilt, mag je ook mailen met aanjager Michiel Rasker: michiel@groningsvuur.nl.
Foto’s bij dit bericht zijn gemaakt door Marijn Boeré.